Twee weken na aankoop konden we de Kever komen ophalen. We waren met de trein naar Wolvega gekomen en zouden met de Kever terug naar huis rijden. De auto stond er fris gewassen bij en het gevoel dat we hadden toen we haar voor het eerst zagen was er nog steeds. Dit was ons autootje.
De auto moest nog worden overgeschreven op onze naam. Dat diende te geschieden in het postkantoor, waar we met de Kever naar toe reden. Ons eerste ritje. Dat was spannend. Wat reed dat ding anders dan we gewend waren van onze "moderne" Toyota. Dat dunne stuurwiel, die rechtopstaande pedalen, dat spartaanse dashbord, het typerende geluid van de boxer motor. Het grote genieten kon beginnen. Nadat de auto was overgeschreven waren we formeel eigenaar van onze eigen Herbie, een auto die ouder is dan wijzelf zijn. Toen ik werd geboren was Herbie al drie en zelfs al elf toen Rian, haar nieuwe baasje volgens het verse eigendomsbewijs, werd geboren. Best een maf idee eigenlijk.
De rit naar huis was een soort van puzzelrit. We probeerde uit te puzzelen hoe een Kever het beste gereden kon worden. Hoe snel laat je de koppeling opkomen, hoeveel gas geef je bij, kan je vlot optrekken of moet het met veel gevoel en beleid, hoe hard moet je het rempedaal intrappen om vóór het rode stoplicht stil te staan en hoever van tevoren begin je te remmen? Hoe reageert ie op het stuur, kan je een eland tijdig ontwijken en blijft ie dan op haar wielen staan? Dat laatste hebben we niet uitgeprobeerd.
Het werd tijdens het rijden wel loeiheet binnenin. De verwarming werkte in ieder geval prima, maar was wel een beetje teveel van het goede zo midden in de zomer. De raampjes moesten helemaal open, want de hendels waar de verwarming mee geregeld zou kunnen worden brachten geen verlichting voor ons langzaamaan wel erg warm wordende avontuur. We hadden in ieder geval al één vraagje voor de verkoper, namelijk hoe we die verwarming uit zijn functie zouden kunnen ontheffen.
Mijn ouders wonen in Zwolle en omdat Zwolle op de route ligt van Wolvega naar Dieren besloten we even langs te wippen om onze nieuwe aanwinst te showen. We reden mijn geboortestraat in en stopten voor mijn geboortehuis, waar ik Herbie achteruit in wilde gaan parkeren. Rian stapte uit om, indien nodig, het achteruit parkeren in goede banen te leiden. Pas op dat moment realiseerde ik mij dit dit de eerste keer zou zijn dat ik met deze auto achteruit zou gaan rijden. Dat was nog niet eerder nodig geweest. Maar waar zat de achteruit? Er stonden geen merktekens op de pook of op het dashbord. Ik rommelde wat met de pook maar telkens als ik een potentiële achteruitstand uitprobeerde wipte Herbie weer een stukje vooruit. Inmiddels was er al wat volk op het luchtgekoelde geluid afgekomen. Nog een poging dan, maar er volgde weer een wipje naar voren. Een auto kwam achter mij de smalle straat in gereden en kwam achter mij staan. Ook dat nog. Nee, het lukte mij niet om snel de achteruit te vinden en dus zwaaide ik een beetje sullig naar mijn ouders en reed door, de straat uit en de hoek om. Waar kon ik nu even stoppen om te oefenen. Alles stond vol, nergens plek, auto's kwamen mij achterop rijden.......... Arrghhh! Na drie keer rechtsaf reed ik de straat weer in waar mijn familie nog steeds stond te wachten. "Waar zit die achteruit", schreeuwde ik vanuit de auto. Ik rommelde wat in het dashbordkastje en viste er een instructieboekje uit: het boekje Volkswagen 1200/1300: Technische gegevens en praktische wenken, van AD.M.C. Stok, 4e druk uit april 1966.
Als een razende bladerde ik door het boek maar ik las en zag eigenlijk niets, alleen maar pagina's die snel werden omgeslagen. Rian was naast de auto gaan staan om goedbedoelde suggesties te doen maar een suggestie is nog geen oplossing. En ja hoor, daar kwam weer een auto de straat in rijden. Ik smeet het boekje door het raam in de handen van Rian en ging er weer vandoor, inmiddels een heel stuk minder enthousiast over mijn nieuwe aanwinst. Waarom had ik die achteruit niet eerder uitgeprobeerd? Hoe moeilijk kan het zijn? Weer drie keer de hoek om voor poging drie. Nu rustig blijven. Boekje er weer bij pakken. Daar stond het, op pagina 30. Naast het plaatje stonden de verlossende woorden: Om de "achteruit" te kunnen bereiken moet de "pook" verticaal naar beneden worden gedrukt. Haleluja!
Ik legde mijn hand op de pook, drukte deze verticaal naar beneden en bewoog 'm naar linksonder. Een klikkend geluid bevestigde dat de versnelling op de juiste manier was ingelegd. Ik gaf iets gas bij, liet de koppeling opkomen en voila, Herbie bewoog achterwaarts. Ik stuurde het rad naar rechts zodat de kont rechts het vrije parkeervak in dook, stuurde naar links en zette de auto strak langs de stoep. Het zweet stond me op het voorhoofd. Mission accomplished. Tijd voor thee.