donderdag 10 september 2009

Beauty and the beast

Niets is zo persoonlijk als smaak. En zo divers als personen kunnen zijn, zo verschillend kunnen ook smaken zijn. De één houdt van puur, de ander van melk, de één van origineel, de ander personificeert graag.
Bij mij in de straat kom je regelmatig twee uitersten tegen die zich het beste laten omschrijven als the beauty and the beast. The beauty is natuurlijk mijn Herbie, the beast is het voertuig van mijn straatgenoot en betreft een van origine Kever 1200 uit 1971. Beiden zijn Kevers en dus hebben ze een familieband. Zijn het broer en zus, of achterneef en nicht? De overeenkomsten zijn overduidelijk aanwezig. Maar de verschillen eveneens. Zo bescheiden als mijn Kever oogt, zo aanwezig is het zwarte monster. Hij laat brullend van zich horen als ie door de wijk rijdt, gromt naar alles en iedereen en laat zich door niemand imponeren. Passanten staan bevend langs de kant van de weg het voorbij razende monster na te staren.
Mijn Herbie lokt andere reacties uit. Groot of klein, man of vrouw, niemand zal ooit schrik worden aangejaagd door mijn parelwitte schoonheid. Als een puppie rijdt ie door de straten, waar hij passanten vertederd kijkend achter zich laat. Dromende ogen worden klaarwakker, boze gezichten transformeren zich tot een lachend gelaat. Daar waar Herbie heeft gereden is de wereld fris en monter, bloeien de bloemen en zoemen de bijen. Bruin wordt groen, zwart wordt rood. Herbie geeft kleur aan de wereld. Mijn Kever verbroederd. Herbie for President!


dinsdag 28 juli 2009

Waar zit de "achteruit"?

We kochten onze Kever in juli 2003. Hij stond in Wolvega, bij Gerard Kramerklassiekers, in een rij prachtige klassieke auto's uiteenlopend van andere VW's Kever tot Volvo's, Saabs en Opels. We kochten de Kever zonder er mee gereden te hebben. De remmen moesten nog vernieuwd worden, ze stond er dus zonder remschoenen, en nog een paar andere kleine dingen maakten een proefrit niet mogelijk. Maar omdat nieuwe remmen en een nieuwe accu bij de prijs inzaten, evenals een APK, durfden we het risico wel te nemen.
Twee weken na aankoop konden we de Kever komen ophalen. We waren met de trein naar Wolvega gekomen en zouden met de Kever terug naar huis rijden. De auto stond er fris gewassen bij en het gevoel dat we hadden toen we haar voor het eerst zagen was er nog steeds. Dit was ons autootje.
De auto moest nog worden overgeschreven op onze naam. Dat diende te geschieden in het postkantoor, waar we met de Kever naar toe reden. Ons eerste ritje. Dat was spannend. Wat reed dat ding anders dan we gewend waren van onze "moderne" Toyota. Dat dunne stuurwiel, die rechtopstaande pedalen, dat spartaanse dashbord, het typerende geluid van de boxer motor. Het grote genieten kon beginnen. Nadat de auto was overgeschreven waren we formeel eigenaar van onze eigen Herbie, een auto die ouder is dan wijzelf zijn. Toen ik werd geboren was Herbie al drie en zelfs al elf toen Rian, haar nieuwe baasje volgens het verse eigendomsbewijs, werd geboren. Best een maf idee eigenlijk.
De rit naar huis was een soort van puzzelrit. We probeerde uit te puzzelen hoe een Kever het beste gereden kon worden. Hoe snel laat je de koppeling opkomen, hoeveel gas geef je bij, kan je vlot optrekken of moet het met veel gevoel en beleid, hoe hard moet je het rempedaal intrappen om vóór het rode stoplicht stil te staan en hoever van tevoren begin je te remmen? Hoe reageert ie op het stuur, kan je een eland tijdig ontwijken en blijft ie dan op haar wielen staan? Dat laatste hebben we niet uitgeprobeerd.
Het werd tijdens het rijden wel loeiheet binnenin. De verwarming werkte in ieder geval prima, maar was wel een beetje teveel van het goede zo midden in de zomer. De raampjes moesten helemaal open, want de hendels waar de verwarming mee geregeld zou kunnen worden brachten geen verlichting voor ons langzaamaan wel erg warm wordende avontuur. We hadden in ieder geval al één vraagje voor de verkoper, namelijk hoe we die verwarming uit zijn functie zouden kunnen ontheffen.
Mijn ouders wonen in Zwolle en omdat Zwolle op de route ligt van Wolvega naar Dieren besloten we even langs te wippen om onze nieuwe aanwinst te showen. We reden mijn geboortestraat in en stopten voor mijn geboortehuis, waar ik Herbie achteruit in wilde gaan parkeren. Rian stapte uit om, indien nodig, het achteruit parkeren in goede banen te leiden. Pas op dat moment realiseerde ik mij dit dit de eerste keer zou zijn dat ik met deze auto achteruit zou gaan rijden. Dat was nog niet eerder nodig geweest. Maar waar zat de achteruit? Er stonden geen merktekens op de pook of op het dashbord. Ik rommelde wat met de pook maar telkens als ik een potentiële achteruitstand uitprobeerde wipte Herbie weer een stukje vooruit. Inmiddels was er al wat volk op het luchtgekoelde geluid afgekomen. Nog een poging dan, maar er volgde weer een wipje naar voren. Een auto kwam achter mij de smalle straat in gereden en kwam achter mij staan. Ook dat nog. Nee, het lukte mij niet om snel de achteruit te vinden en dus zwaaide ik een beetje sullig naar mijn ouders en reed door, de straat uit en de hoek om. Waar kon ik nu even stoppen om te oefenen. Alles stond vol, nergens plek, auto's kwamen mij achterop rijden.......... Arrghhh! Na drie keer rechtsaf reed ik de straat weer in waar mijn familie nog steeds stond te wachten. "Waar zit die achteruit", schreeuwde ik vanuit de auto. Ik rommelde wat in het dashbordkastje en viste er een instructieboekje uit: het boekje Volkswagen 1200/1300: Technische gegevens en praktische wenken, van AD.M.C. Stok, 4e druk uit april 1966.





Als een razende bladerde ik door het boek maar ik las en zag eigenlijk niets, alleen maar pagina's die snel werden omgeslagen. Rian was naast de auto gaan staan om goedbedoelde suggesties te doen maar een suggestie is nog geen oplossing. En ja hoor, daar kwam weer een auto de straat in rijden. Ik smeet het boekje door het raam in de handen van Rian en ging er weer vandoor, inmiddels een heel stuk minder enthousiast over mijn nieuwe aanwinst. Waarom had ik die achteruit niet eerder uitgeprobeerd? Hoe moeilijk kan het zijn? Weer drie keer de hoek om voor poging drie. Nu rustig blijven. Boekje er weer bij pakken. Daar stond het, op pagina 30. Naast het plaatje stonden de verlossende woorden: Om de "achteruit" te kunnen bereiken moet de "pook" verticaal naar beneden worden gedrukt. Haleluja!



Ik legde mijn hand op de pook, drukte deze verticaal naar beneden en bewoog 'm naar linksonder. Een klikkend geluid bevestigde dat de versnelling op de juiste manier was ingelegd. Ik gaf iets gas bij, liet de koppeling opkomen en voila, Herbie bewoog achterwaarts. Ik stuurde het rad naar rechts zodat de kont rechts het vrije parkeervak in dook, stuurde naar links en zette de auto strak langs de stoep. Het zweet stond me op het voorhoofd. Mission accomplished. Tijd voor thee.

donderdag 23 juli 2009

Weg met de slooppremie

Onlangs ontving ik een brief. Dat gebeurt wel vaker, maar deze keer kwam de brief van autobedrijf Herwers. Dit autobedrijf heeft filialen verspreid over het hele land. Maar waarom krijg ik een brief? De brief had betrekking op de onlangs ingevoerde slooppremie en verkondigde als een blijde boodschap dat onze Kever daar ook voor in aanmerking komt! Pardon? Nu heb ik mij al vanaf het begin hevig zitten opwinden over deze belachelijke regeling waarbij om oneigenlijke redenen belastingcenten worden kapot gesmeten op de aanschaf van auto's van ná 2001 ten koste van de door mij zo geliefde auto's van vóór 1995.
Het meest absurde van de regeling vind ik dat de auto's voor de sloop aangeleverd mogen worden onder voorwaarde dat de APK nog minstens drie maanden geldig is. Dat klinkt mij als bezopen in de oren. Dan neem je jezelf als overheid toch niet meer serieus zou ik willen zeggen. APK staat voor Algemene Periodieke Keuring. "Bij de APK wordt de auto getest op veiligheid en milieueisen. Zo moeten de remmen goed zijn en mag de auto niet teveel vervuilende stoffen uitstoten". Kortom, de auto moet voldoen aan wettelijk vastgestelde eisen. En als ie daaraan voldoet, dan mag ie de weg op. Simpeler kan ik het niet samenvatten. Wat de overheid nu zegt is: we gaan uw auto, die voldoet aan de eisen die gesteld worden aan de veiligheid en het milieu slopen en geven u daar een premie voor als u een duurdere auto terugkoopt. En leent u vooral geld als u aan de premie niet genoeg heeft. Als de aanschaf van een andere auto afhangt van de slooppremie, dan is het mijns inziens geen verantwoorde investering. En bovendien, er zijn genoeg autobedrijven die méér bieden voor je oude auto dan de slooppremie. Bij Paasacties wordt vaak al minstens 1000 euro geboden voor een oude roestbak die dan wordt verpatst voor de export (in het minder decadente Afrika wil men ook mobiel blijven) of aan een jongeman of -vrouw met een klein budget die mobiel wil zijn. Maar nu wordt de slooppremie door diezelfde autobedrijven als lokkertje gebruikt om nieuwe auto's te verkopen, over mijn rug, want die premie komt o.a. uit de pot van de door mij betaalde belastinggelden.
Ik ben van mening dat auto's die nog enkele jaren probleemloos in het verkeer kunnen meedraaien niet op de sloop thuishoren. Dat is vernietiging van kapitaal en een klap in het gezicht van mensen die voor hun automobiliteit om financiële redenen afhankelijk zijn goedkope, oudere auto's. Bovendien, oudere auto's moeten ook onderhouden worden en leveren dus ook werkgelegenheid op. Mensen die in oudere auto's rijden behoren meestal niet tot de groep van veelrijders. De uitstoot van hun auto, die niet eens veel schadelijker hoeft te zijn dan van een moderne MPV, valt verhoudingsgewijs dus wel mee. En waar gesloopt wordt, maar men toch wil blijven rijden, daar dient iets nieuws voor in de plaats te komen. En ook dat kost grondstoffen en brengt uitstoot met zich mee. Ik wil de oude auto's gewoon op de weg houden, vooral omdat ik de aanblik van oude auto's leuk vind en het bijdraagt aan de diversiteit op de weg.

De brief van Herwers zette dus mijn nekharen overeind. Ik besloot mij per mail aan Herwers te richten om mijn ongenoegen te uiten over de brief:

Leuk zeg, zo'n brief van jullie waarin jullie te kennen geven dat onze hobbyauto in aanmerking komt voor de sloopregeling. Beste mensen, het betreft in ons geval een Volkswagen Kever uit 1965, waar ik tussen 2003 en 2006 met liefde heel veel geld en honderden uren aan heb besteed om 'm in optimale staat te krijgen. De auto werd twee jaar geleden, toen ie nog niet eens volledig was afgebouwd al getaxeerd op 7.000 euro. En dan krijg ik een brief met de mededeling dat ik voor deze auto wel 750 euro slooppremie kan krijgen. O, wat aanlokkelijk.

Enkele dagen later kreeg ik een reactie terug op mijn gefrustreerde mail. Deze reactie wil ik ook graag delen met de lezers van dit stukje, omdat ik het een keurige en heldere reactie vind.

Geachte heer de Vos,

Naar aanleiding van uw e-mail, bieden wij u onze welgemeende excuses aan inzake de aan u verzonden brief v.w.b. de Nationale Slooppremie. Het heeft niet in onze bedoeling gelegen om u op enige manier te beledigen.

Via het RDW (Rijksdienst voor het wegverkeer) heeft ons reclameburo adressen aangeleverd gekregen van de eigenaren van alle auto´s in ons rayon, die op een of andere manier in aanmerking komen voor de Nationale Sloopregeling. Ook uw auto is in dat bestand terug te vinden.

Al deze eigenaren hebben we middels de u bekende brief hiervan op de hoogte gesteld.
In de eerste plaats om uitleg te geven over de Slooppremie en in tweede plaats om een aanbieding te kunnen doen.

Welnu, hier is door ons reclameburo en de RDW echter geen onderscheid gemaakt v.w.b. oldtimers. Dit had natuurlijk wel moeten gebeuren.

Nogmaals willen wij u, langs deze weg, ons welgemeende excuus aanbieden inzake bovengenoemde.


Ik heb de excuses aanvaard. No hard feelings! Maar die slooppremie kan wat mij betreft niet snel genoeg worden afgeschaft. Wat echt slecht is moet van de weg af of gerestaureerd worden. Om te kunnen beoordelen wat goed of slecht is hebben we de APK uitgevonden. Laat die regeling zijn werk doen of scherp 'm aan i.p.v. te versoepelen zoals men onlangs heeft gedaan. Weg met de slooppremie! Ik hoef toch zeker niet mee te betalen aan andersmans luxe speeltje? Spaar de luchtgekoelde VW's en ander mooi spul, bescherm ze tegen de onwetenden en barbaren!

maandag 15 juni 2009

Ik ben een Oldie

Mijn Kever valt op tussen de moderne voertuigen. Niet alleen mijn Kever, alle Kevers. Dat is het leuke van Kevers. Ze lijken op elkaar, maar verder nergens anders op. Ze lijken zelfs niet op hun prototypes uit de jaren dertig. Die hebben danwel het bolle dak dat de Kever kenmerkt, maar ze ontberen een bepaald knuffelgehalte. Ze zijn niet aandoenlijk. Een Kever wordt dan ook groot onrecht aangedaan als het knuffelgehalte wordt verlaagd of volledig wordt weggevaagd, bijvoorbeeld door de Kever te verbreden, teveel te verlagen of, de grootste zonde, een soort van gril aanbrengen in het kofferdeksel (brrrr) nadat de auto is omgebouwd tot een soort van watergekoelde transseksueel. Laat een Kever een Kever zijn, net zoals een kind kind moet kunnen zijn.

Mensen maken gemakkelijk een praatje met me zodra ze doorhebben dat ik de eigenaar ben van de leuke Kever. Een Kever werkt drempelverlagend bij het leggen van sociale contacten. De openingsvraag is dan meestal: "hoe oud is 'ie? ". De leeftijd van mijn Kever wijzigt elk jaar en dus is het antwoord per jaar anders. Om vergissingen te voorkomen geef ik in plaats van een direct antwoord een antwoord dat de mensen tot nadenken aanzet: "Ze is van 1965". En dan gaan ze rekenen en zie je ze verbindingen tot stand brengen met gebeurtenissen uit hun persoonlijke verleden zoals hun eigen geboorte ("goh, toen was ik nog niet eens geboren"), huwelijksfeest ("in dat jaar ben ik getrouwd") of interessante wetenswaardigheden ("In dat jaar werd Nederland geteisterd door een grote epidemie mond- en klauwzeer", echt waar!). En voordat je het weet babbelen ze over van alles en nog wat. Erg gezellig. Maar nu heb ik iets gedaan dat zou kunnen leiden tot sociale zelfmoord. Ik heb het antwoord op de openingsvraag op mijn Kever geschroefd.....


Ik ben benieuwd naar nieuwe openingsvragen.

maandag 8 juni 2009

Kleine moeite, groot plezier

Zorgeloos rondrijden is niet vanzelfsprekend met een auto van 44 jaar oud. Oude auto's zijn zorgenkindjes. Op het moment dat ze geen kuren vertonen ben je bevreesd voor het moment dat de kuren gaan optreden. En als de kuren uiteindelijk optreden, al is het na een langere tijd dan een moderne auto kuren zou zijn gaan vertonen, dan zie je de vrees weer bewaarheid worden. Met mijn Toyota maak ik mij nooit zorgen of ik mijn eindbestemming wel zal halen, met Herbie eigenlijk ook niet, maar toch laad ik altijd voor de zekerheid mijn mobieltje op voordat ik met de Kever op pad ga.
De laatste tijd startte Herbie erg moeilijk. Nog voordat de motor aansloeg was de accu alweer leeg. Ook na een lange rit en slechts twee dagen van stilstand was er geen garantie voor een probleemloze start. Ik zag de bui al hangen: nieuwe dynamo, nieuwe ontsteking, nieuwe verdelerkap, noem het maar op. Maar een avondje accu laden bleek in 99% van de gevallen net voldoende om de volgende ochtend op de laatste stuiptrekkingen van de startmotor toch een vonkje te kunnen laten ontstaan waarmee de brandstof tot ontbranding werd gebracht en de zuigers in werking werden gesteld. Tot de dag waarop ik Herbie als decoratie wilde gebruiken ter ere van de verjaardag van mijn oudste dochter. Ik had de Kever pontificaal op de stoep, deels in de tuin voor mijn huis willen parkeren, versierd met ballonnen ter verwelkoming van de kleine gasten en hun ouders. Het ging niet door, Herbie liet mij in de steek. Elke startpoging bleek vergeefs, de accu ging dood en kon niet meer gereanimeerd worden. Op het moment dat het laatste stukje leven uit de accu wegebde en de startmotor zijn laatste rondje draaide haatte ik het blikken torretje even heel grondig. Geen versierde Herbie voor mijn dochter, maar wat misschien nog wel erger was, voor mij dan, geen enthousiaste reacties van de gasten! Natuurlijk, ik geef het toe, ik ben ijdel, krijg graag complimentjes over die leuke verschijning die mijn auto is. Geen jaloerse blikken van de vaders, geen verliefde blikken van de moeders, geen juichkreetjes van de kindjes, niet voor mijn autootje althans. Ach en wee. Geen egostrelingen op deze dag.
Na de verjaardagperikelen in de ochtenduren spoedde ik mij naar HotRod in Doesburg. Een 6 volts accu was mijn doel en dat doel werd bereikt ten koste van 160 euro. Daarvoor kreeg ik een reeds opgeladen accu die qua gewicht en volume aanmerkelijk bescheidener was dan de oude accu. Even werd mijn twijfel gevoed of ik wel de goede had gekocht, maar een eerste startpoging nam de twijfel meteen weg: de bougies verkoolden bijna van de shock. Binnen een seconde sloeg de motor aan en werden de 1200 cc's een paar honderd keer per minuut gevuld met lucht en brandstof. Mijn euforie was groot en ik besloot het daarom te delen met mede enthousiastelingen. Een ouder echtpaar dat nabij mijn garagebox woont toont al vanaf het begin dat ik mijn Herbie heb een gezonde belangstelling voor het welzijn van de auto. De man heeft vroeger Kever gereden en de vrouw is al vanaf het begin verliefd op met name de oudere Kevers. En mijn Kever is een ouder exemplaar, dus.... Ik had hun enkele maanden geleden een ritje aangeboden en dat aanbod wilde ik vandaag gestand doen. Ik parkeerde Herbie met ronkende motor voor hun deur, belde aan en zag de deur geopend worden door de man des huizes. "Zin in een ritje", vroeg ik. Om een kort verhaal lang te maken: de vrouw ging met mij mee, de man bleef thuis omdat ze binnen een kwartier bezoek zouden krijgen. Tijdens de sightseeing door de omgeving werd Herbie meermalen geprezen. Ik had een echte fan als passagier en dat deed mij deugt. De tegenvaller van de ochtend werd grotendeels gecompenseerd door deze gezellige rit.
Bijzonder eigenlijk, dat iets wat elk moment van de week voor mij binnen handbereik ligt, voor anderen een onvergetelijke ervaring is: rijden in een "VW-oldie".

maandag 25 mei 2009

Andere kost


Foto gemaakt van een Austin A35 Countryman tijdens vakantie in Ierland in 2005



Foto gemaakt van een Ford Cortina tijdens huwelijksreis in 2004, Soweto, Zuid Afrika


Foto gemaakt van een 46-er Hudson 4 doors sedan tijdens vakantie op La Palma in 2002



Foto gemaakt in het jaar 2000 tijdens een vakantie in Ghana van een export model van Chrysler. De voorkant is van een 1959 Chrysler/DeSoto en vanaf de voorruit is de body van een 1959 Plymouth

woensdag 13 mei 2009

Dub-Inn 2009

Zondag 10 mei, moederdag 2009. Op zo'n dag kun je twee dingen doen: moederdag vieren of een evenement bezoeken. Omdat mijn moeder ergens ver van onze woonplaats op een camping aan het kamperen was met mijn vader koos ik voor het bezoeken van een evenement dichter bij huis: het 3e Arnhem Dub-Inn op vliegveld Terlet. In eerste instantie had ik vrouw en kinderen mee willen nemen, maar vrouwlief koos ervoor om thuis te blijven met de jongste, dus ging ik tegen de middag voor het eerst sinds maanden weer een keer alleen met mijn oudste dochter op pad. En die vond het fantastisch. Gezeten in haar kinderstoel had ze ruim zicht door het rechtopstaande voorruitje van Herbie. Ze babbelde mij de oren van het hoofd, wees alles aan wat ze zag, gaf er haar mening over en wilde weten wat ik er van vond. Ik vond alles prima. De route ging van Dieren naar Laag Soeren, Loenen, stukje A50 richting afslag Terlet en een kleine 25 minuten later waren we op onze bestemming aangekomen. Het Dub-Inn is een Volkswagen evenement in de breedste zin van het woord. Niet alleen luchtgekoelde bejaarde Kevertjes maar ook zo goed als nieuwe Volkswagens Golf VR6 en superstrakke Golfjes I worden er geshowd. Die laatsten zijn inmiddels ook alweer klassiekers. De eerste Golfjes kwamen begin jaren zeventig op de weg. Het is leuk om eens een ander soort VW-evenement te bezoeken en kennis te nemen van een andere vorm van Volkswagen liefde, ook als je er niet echt iets mee hebt. De passie waarmee de Golf eigenaren hun wagens vertroetelen verdient waardering.
Je hebt Herbie te ver naar achteren gereden pappa. Je hebt het paaltje op een haar gemist
Het betreden van het terrein voelde een beetje onwennig tot ik enkele Kevers ontwaardde die verdacht veel weg hadden van onze Herbie. Ze stonden hier en daar verspreid tussen vooral Golfjes van verschillende pluimage en leeftijd. Er ging ook meteen een handje omhoog als begroeting zodra de eigenaren van deze Kevers ons langs zagen komen rijden. Charlotte zwaaide enthousiast terug. Ze wilde zo snel mogelijk uit Herbie om naar de andere Kevers te kunnen rennen. We parkeerden naast een T1 uit de jaren vijftig en deden onszelf daarmee meteen tekort, want deze prachtbus deed onze standaard Kever zowel letterlijk als figuurlijk in de schaduw staan. Er kwamen veel mensen bij onze Herbie staan, om er vervolgens langs of overheen te kijken naar de T1. En je zag sommige bezoekers denken: shit, wat staat die Kever toch vervelend in de weg voor een mooie foto van die prachtige bus. Ik vond het wel best. Wij vervolgden onze eigen weg en struinden langs het uiteenlopende VW-erfgoed, waarbij de Kevers toch telkens weer de meeste aandacht van ons kregen. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Charlotte rende van de ene naar de andere Kever, en aangezien ze best ver uit elkaar stonden, legde ze heel wat meters rennend af. Ik voorzag een vroegtijdige instorting van haar bijna drie jaar oude beentjes.

Aaaahhh, zoveel Volkswagen!!!

De mooiste Kever was die op onderstaande foto. Ik heb via de RDW geen voertuiggegevens kunnen vinden op het kenteken waar deze Kever mee getooid was maar omdat het een brilletje betreft zal in ieder geval de koets van begin jaren vijftig zijn. Wat mij betreft had ie wat minder verlaagd mogen zijn, maar zowel de carrosserie als de techniek verkeerden in topstaat. Hier zaten heel wat uurtjes en euro's in.


Een heel stoer oudje. Beetje te laag naar mijn smaak, maar prachtig afgewerkt.

Na twee uur over het terrein zwalken, krentebollen eten en appelsap drinken stapten we weer in. Even leek het erop dat Herbie geen zin had om weg te gaan want de motor had twee pogingen nodig om aan te slaan. Vlak voordat we weg reden hoorde ik een vrouwelijke passant nog tegen haar vriend zeggen, wijzend op de velgen van onze Herbie: "Vind je deze niet mooi dan? Die zijn helemaal origineel". De vriend keek even om, aanschouwde de velgen en keek alsof ie poep rook. Neuu, die hoef ik niet". En bedankt. Je bent gewoon jaloers, flapdrol.
We reden terug van Terlet, via Rozendaal en de Posbank naar huis. Charlotte was al na een paar minuten met rode konen in slaap gevallen.

Een trotse dochter naast haar blikken makker

vrijdag 13 maart 2009

Vergane glorie gloreert

Het is altijd jammer om te moeten constateren dat niet alle Kevers het eeuwige leven hebben. Het leven is dan misschien niet eeuwig, maar na een eerste werkzaam en glorieus leven hoeft het niet per definitie helemaal afgelopen te zijn. Een tweede leven kan aanbreken, waarin de Kever ons niet meer praktisch van dienst is maar ons wel kan laten wegdromen naar de goede oude tijd, ons doet terugverlangen naar de tijd dat het leven eenvoudig en overzichtelijk was. De Kever kan ons tevens inspireren tot het creëren van kleine of grootse zaken.

Surfend op het web stuitte ik op bijgaande foto die, hoewel ze de eindigheid van een Keverleven verbeeldt, de Keverliefhebber niet direct treurig stemt. Ze vervult mij met weemoed, met trots, met medelijden en liefde. Ik ben geneigd te roepen "Red haar", maar tegelijkertijd denk ik "Laat haar met rust".




De foto is, tezamen met andere Keverfoto's te vinden op de site http://fiveprime.org/hivemind/Tags/vw,wreck

vrijdag 13 februari 2009

Gordel

Gistermiddag was ik even bij Herbie op bezoek geweest. Herbie staat in zijn hoogstpersoonlijke garagebox, op circa 5 minuten lopen van mijn huis. De afstand tussen huis en box is gering, maar te groot om elke dag voor het slapen gaan even een kijkje te nemen. Zou ik dat wel doen, dan zou er ook iets niet goed met mij zijn, vrees ik. Neemt niet weg dat er voor mijn gevoel af en toe iets te veel tijd zit tussen de bezoekjes in deze koude wintermaanden en ik de auto liever bij huis zou hebben staan, in de garage die nu vol staat met fietsen. Gisteren bedacht ik mij dat ik na de laatste rit op 4 januari richting het Keverwinterfestijn, verzuimd heb de accu af te koppelen en thuis op te bergen. Ik vrees daarom weer een moeilijke start over enige tijd.
De meiden waren gistermiddag mee. Isabelle nietswetend in de reiswieg van de wandelwagen, Charlotte alleswetend naast mij lopend. Ze wist meteen te vertellen wie er in dat betonnen huisje woont waar wij ons 's middags hadden vervoegd. "Daar woont Herbie". Zullen we kijken of ze thuis is? "Jaaa!".
Garagedeur geopend en voila, daar stond ze geduldig te wachten op warmere tijden. Ik liep een rondje, keurde de lak en het chroom en concludeerde dat het nog steeds een schoonheid is, ondanks de kleine schoonheidsfoutjes. charlotte was achter het stuur gekropen en begon aan de versnellingspook te sjorren. "Doe dat maar niet, hou je handen maar aan het stuur".
Zo fraai als de buitenzijde is, zo kaal is de binnenzijde. Ik hoop dat er binnenkort weer tijd is om het binnenwerk te vervolmaken. Dat zou de kers op de taart zijn. Het was een tijdje leuk om met een gestript inwendige rond te rijden, maar als ik mijzelf serieus wil blijven nemen zal ik toch zorg moeten gaan besteden aan de binnenbekleding en de vloerbedekking.
Maar voordat ik daar mee aan de slag ga wil ik Herbie voorzien van een gordel op de achterbank, zodat beide meiden mee kunnen in hun kinderzitjes. De passagiersstoel is reeds voorzien van een driepuntsgordel, maar achterin wordt dat lastig omdat bij de restauratiewerkzaamheden het bevestigingspunt aan de zijkant van de achterbank is verdwenen en er nog maar twee punten resteren zodat hooguit een diagonale tweepuntsgordel bevestigd kan worden. Het zal wel weer op creatief gepruts uitdraaien, waarbij de veiligheid echter niet uit het oog verloren mag worden.
Mocht iemand ideeën hebben, laat het mij weten.

woensdag 7 januari 2009

Keverwinterfestijn 2009

Al enkele jaren bezoek ik het Keverwinterfestijn in Rosmalen. In 2007 kwam ik voor het eerst met Herbie. De heenreis verliep toen voorspoedig, de terugreis was één groot waterfestijn. Het regenwater kwam van alle kanten, alsof we in een doorgedraaide wasstraat reden. De thuisreis verliep verder overigens prima, maar thuisgekomen bleek Herbie niet helemaal waterdicht te zijn getuige de laag water op de vloer van de auto. Daar hadden we tijdens het rijden niets van gemerkt, gelukkig maar, anders had ik mij gedurende de rit niet alleen zorgen gemaakt over het slechte zicht maar ook nog eens over de overstroming in de auto.
Editie 2009 zou dus de derde keer worden dat ik het terrein van het Autotron in de eerste week van januari met Herbie zou betreden. De weersomstandigheden zouden volgens de voorspelling niet optimaal zijn, maar ik wilde graag op zondag gaan omdat ik dan een Kever kon winnen en ik voelde dat het geluk dit jaar aan mijn zijde stond. Kat in het bakkie dus, ik hoefde alleen nog maar even naar Rosmalen om de Kever op te halen.
Zekerheidshalve liep ik zaterdagmiddag even naar de garagebox waar Herbie gestald staat, om een proefstart te maken en alles functies te controleren na ruim zes weken stilstand en meerdere dagen van winterse kou. Ik draaide de garagedeur van slot, opende de deur en aanschouwde met een glimlach de achterzijde van het geduldige wagentje. Na plaats genomen te hebben achter het stuur stak ik de sleutel in het contact en draaide verwachtingsvol de sleutel om. Een zacht, weinig overtuigend geluid kwam vanuit de achterzijde van de kever: tjoef...tjoef...tjoef. Het was een startmotor die er weinig zin in had bij gebrek aan energie. De accu bleek op sterven na dood te zijn. Het was ook niet erg slim van mij om de accu al die tijd in Herbie te laten zitten. Maar Herbie heeft gewoonlijk geen winterslaap. Als het mooi weer is gaan we er gewoon op uit, maar het was er de afgelopen weken gewoon niet van gekomen. Dat was onvoorzien en nu zat ik met de gebakken peren. Ging het uitstapje dat ik op zondag met Herbie had gepland nu niet door vanwege een stomme accu? Ik wilde minimaal een poging wagen om Herbie zondagochtend alsnog aan de praat te krijgen. De achterbank werd verwijderd, de accu losgekoppeld en naar huis gebracht, waar ik een oplader opsnorde en aan de accu koppelde. De oplader is eigenlijk bestemd voor zes volts accu's voor motorfietsen, tot 15 ampère, maar ik ga uit van het standpunt dat stroom stroom is en je moet roeien met de riemen die voorhanden zijn. Behalve de voeding van de oplader zou ook de kamertemperatuur een positieve uitwerking hebben op de vitaliteit van de accu, leek mij.
Zondagochtend stond ik tijdig op. Ik had onrustig geslapen, gedroomd over Herbies, accu's, gele ANWB-autootjes en startkabels die strak om mijn nek zaten. Kennelijk laat hetgeen mij overdag bezighoudt mij 's nachts niet onberoerd. Voordat babies of dreumessen begonnen te piepen, kreunen of huilen ben ik mijn bed uitgeslopen en naar beneden gegaan waar ik de accu ontkoppelde van de oplader. Jammer dat ik geen gedestilleerd water in voorraad had, anders had ik de accu nog iets kunnen bijvullen. De bovenzijde van de accuplaten raakte net het oppervlak van het accuwater terwijl ze er eigenlijk minimaal een halve centimer onder zouden moeten liggen. Het moest maar even zo.
De accu werd achter op de fiets geplaatst en naar de garagebox gebracht, waar Herbie nog steeds hoopvol stond te wachten op een energie-injectie. Ik sloot de accu aan, draaide de sleutel in het contact en vernam vervolgens een verontrustende stilte. Zelfs de lampjes onder de snelheidsmeter bleven donker. Ai. Gelukkig had ik een schuurpapiertje bij de hand waarmee ik de accupolen opruwde. Een nieuwe startpoging had tot mijn grote genoegen succes. Binnen tien seconden sloeg de motor aan. Triomph! Het eerste traject naar Rosmalen kon beginnen: van de garagebox naar mijn huis, want ik kon natuurlijk niet vertrekken zonder vrouw en kinderen gedag te hebben gezegd.
Na half Dieren doorkruist te hebben achtte ik het verantwoord om Herbie bij mijn huis te parkeren en de motor af te zetten. Trots als een pauw liep ik mijn huis binnen, waar vrouw en kinderen zich voor heel andere zaken bleken te interesseren dan de accu van Herbie, namelijk het nuttigen van ontbijtpap en het daarmee gepaarde gaande geknoei. Het was duidelijk dat deze ochtend onze werelden te ver uit elkaar lagen en de interessevelden door een enorme kloof van elkaar gescheiden werden. Het was dus de hoogste tijd om naar Rosmalen te gaan.
Op de grens van de bebouwde kom van Dieren gooide ik bij de Shell nog even de tank vol en kocht ik een fles gedestilleerd water. Drie minuten later reed ik de snelweg N348 op, waar ik na driehonderd meter de vluchtstrook op reed. Het schoot lekker op. Een doordringende benzinelucht wees mij er op dat ik in alle haast vergeten was na het tanken de dop terug op de benzinetank te schroeven. De vlot genomen haakse bocht richting de snelweg was er de oorzaak van dat een scheutje benzine uit de tank was geklotst en in de kofferruimte aan het verdampen was. Stoppen dus, klep openen, blikken van passerend autovolk negeren, dop op de tank schroeven, klep dicht en verder rijden.
Het was inmiddels half elf in de ochtend. Tegen kwart voor twaalf reed ik het terrein van het Autotron op waar ik Herbie parkeerde tussen haar broeders en zusters.
Het winnende lotnummer bleek niet aan mij toe te behoren. Herbie kreeg er geen zusje bij. Ze blijft voorlopig enigs Keverkind.

Foto's volgen nog. Ik krijg bij het uploaden telkens foutberichten.